Over de beginnende moestuinierder (vol enthousiasme maar zonder enige kennis ;))
Vol enthousiasme begon ik dit voorjaar met het zaaien en planten in mijn nieuwe moestuin. Manlief had samen met vaderlief 130 m2 in onze tuin helemaal omgespit. Ze hebben er moestuinbakken in gemaakt. Zijn drie keer op en neer gereden naar Boxtel om gratis grindtegels op te halen. En hebben daarmee vervolgens paden in de moestuin gemaakt. En, last but not least, is de hele boel konijnenproof gemaakt door het te omheinen met kippengaas.
Kortom, ik had geen excuus meer om niet te beginnen en het was aan mij om te zorgen dat we er ook daadwerkelijk uit konden gaan eten. Niet gehinderd door enige kennis ben ik maar gewoon gaan zaaien volgens de aanwijzingen achterop de zakjes van de groentezaden. Grotendeels meteen in de volle grond. Later plaatsten we nog een kleine tunnelkas. En eerlijk gezegd valt dat nog helemaal niet tegen. Ondanks het feit dat het onkruid net zo hard groeide als de zaadjes die ik plantte hebben we er al heel wat uit kunnen eten.
Degenen die mij op Facebook of Instagram volgen, waar ik regelmatig foto’s van mijn moestuin plaats, zullen wellicht in de veronderstelling zijn dat ik weet waar ik mee bezig ben. Het tegendeel is waar; ik ben maar gewoon begonnen en tot op de dag van vandaag doe ik zomaar wat. Nou’ja inmiddels doe ik ook wat meer dingen bewust wel of niet. Ik leer nog elke dag een beetje bij.
Maar vooralsnog heb ik meer verstand van het bedenken van recepten met de groenten uit de moestuin. Dat we überhaupt dit eerste jaar groenten uit de moestuin kunnen eten is meer geluk dan wijsheid 😉
Wat niet op de zaadzakjes staat
Dat er zoveel meer bij komt kijken na het bestellen van zaadjes en het maken van een moestuinplan (waarvoor ik het boek De Moestuin van Mme Zsazsa van harte kan aanbevelen) had ik van te voren niet kunnen bedenken. Want het groeit en bloeit dan weliswaar volop maar dat is pas het begin.
Het begin van ontelbare vragen waar je als beginnende moestuinierder tegenaan loopt.
Vragen zoals; wanneer zijn mijn aardappels eigenlijk klaar om geoogst te worden? Of; wat zijn die vlekjes op de tomatenplanten? Zat er niet een verschil tussen mannelijke en vrouwelijke courgettebloemen? En welke daarvan kun je eten?
Het was precies die laatste vraag waarop ik het antwoord op Google had willen zoeken toen het Groen(t)e boekje in de brievenbus viel. En jawel hoor; het antwoord vond ik meteen super duidelijk in beeld gebracht op pagina 97. Dat is dan ook meteen het fijnste aan dit compacte boekje vol zaai, kweek en oogsttips voor iedereen met een kleine of grote moestuin; de grafische, overzichtelijke en kleurrijke vormgeving.
Het boekje is geschreven door Engelsman en grafisch ontwerper Paul Matson van de website SowHow.com. Hem begon het bij het zien van een hele wand vol zaadzakjes in het tuincentrum al te duizelen. Dus besloot hij er zelf maar wat overzicht in te scheppen met het maken van duidelijke kweektips gecombineerd met een overzichtelijke vormgeving. Aldus Paul zelf in zijn intro. Daarin geeft hij ook al wat geruststellende en herkenbare tips. Vooral de zin ‘… maar onthoud dat zelfs de meest ervaren tuinier planten kwijtraakt’ had ik graag willen lezen vóórdat ik aan mijn 130 m2 begon. Wat een opluchting.
Wat staat er in het Groen(t)e Boekje
Er staan vooral veel praktische zaai, oogst en kweektips zoals:
– Hoe test je of een maiskolf oogstrijp is?
– Dat je komkommer en tomaten altijd alleen bij de voeten water moet geven (en dus niet net zoals ik gewoon de tuinslang erop zetten… )
– Hoe om te gaan met zwarte bonenluis in je tuinbonen (spoiler alert; de groeitoppen van de stengel afknippen zodra zich de eerste bonen beginnen te vormen)
Maar ik ben ook erg blij met het hoofdstuk Problemen oplossen. Wat alhoewel niet alle plagen en kwaaltjes zijn te voorkomen zijn de meesten wel in de kiem te smoren. Inmiddels weet ik ook uit eigen ervaring (en veel Googlen) dat de bladeren je vaak laten zien wat ze aan voedingsstoffen missen. Ook daar staat een overzichtje van in het Groen(t)e Boekje. Verder nog tips over hoe onkruid te verdelgen zonder onkruidverdelgers. Het jagen op kleine en grote plaagdieren. En overige algemene tips die handig zijn om te weten. Dingen als licht en schaduw, de verschillende weersomstandigheden en over hoe te spitten. Of juist niet.
Ik vind het zelf erg praktisch dat het zo’n klein boekje is. Door zijn grootte is hij makkelijk mee te nemen naar de moestuin. Ik heb hem dan ook al een paar keer gebruikt om ter plekke het antwoord op een vraag vinden.
Wat niet in het Groen(t)e Boekje staat
Wat ontbreekt in het Groen(t)e Boekje zijn tips over het kweken in een kas. Het is vooral geschreven op kweken in de volle grond buitenshuis of in potten binnenshuis.
En door zijn compactheid zal er ongetwijfeld een keus gemaakt zijn tussen groenten die wel aan bod komen en groenten die wellicht in een volgende editie besproken worden. Zelf miste ik vooral de ui en de sluitkolen zoals bloemkool en spitskool. Dat zijn toch gewassen die zowel in Nederland als in Engeland veel geteeld worden.
Desalniettemin vind ik het een ontzettend fijn en overzichtelijk boekje om snel dingen op te zoeken over de groenten en kruiden die er wel in staan. Om een goede indruk te krijgen kun je ook nog een kijkje nemen in het inkijkexemplaar op de website van de uitgever.
Het Groen(t)e Boekje is verkrijgbaar bij boekwinkels en Bol.com voor € 14,95.
Disclaimer: Dit boek is op mijn verzoek ter recensie toegezonden door de uitgeverij. Deze recensie is geschreven vanuit mijn eigen enthousiasme en door de uitgever of auteur is geen enkele invloed uitgeoefend op het schrijven hiervan. De link naar het boek is een affiliate link. Voor meer informatie hierover klik hier.
Geef als eerste een reactie