1. Smelt voor de bechamelsaus 30 gram boter in een steelpan en bak hierin het sjalotje met de kruidnagels zachtjes +/- 3 min.

Voeg de bloem toe en roer deze 1 min goed. Schenk, al roerend, langzaam de melk en de bouillon erbij en breng de saus aan de kook. Blijf goed roeren tot er een dikke egale saus ontstaat. Laat de saus 2-3 min. zachtjes koken en neem de kruidnagels eruit.

2. Verwarm de oven voor op 180˚C. Bedek de bodem van de ovenschaal met 1 laag lasagnevellen. Schep er 1/3 van de saus op.

3. Maak een laag met de stukjes peer, prosciutto en geitenkaas. Dek af met lasagnevellen en weer een laagje saus.

Maak nog een laagje met peer, prosciutto, geitenkaas, lasagnevellen en eindig met een laag saus.

4. Bestrooi de lasagne met de parmezaanse kaas en zet hem ong. 35 min. in het midden van de oven of totdat de bovenkant mooi goudbruin is.

5. Smelt vlak voor het serveren 25 gram boter in een koekenpan en bak hierin de paddestoelen ong. 5 min. op hoog vuur. Bestrooi ze met zout en peper en verdeel ze over de lasagne.